De droom is vaak dezelfde: eindeloze poederafdalingen, een zonovergoten kinderland en een bruisende après-ski. Maar wat schuilt er echt achter het iconische skipak? Wat drijft iemand om zijn leven te wijden aan de perfecte bocht en de glimlach van een ander? We vroegen het aan drie skileraren, elk op een uniek punt in hun carrière.
Dax Pot staat te popelen om aan zijn eerste opleiding te beginnen, gedreven door de verhalen van vrienden en de droom om zelf die ‘gekke, enthousiaste leraar’ te worden. Seizoenslerares Sanne Qualm kent de realiteit van vijf maanden leven in het ritme van de berg – een leven van vrijheid, vriendschap en onverwachte poepincidenten. En dan is er Alexander Rieff, de ervaren rot die na tien jaar fulltime lesgeven alles heeft gezien: van een start als mascotte tot de veranderende mentaliteit van een nieuwe generatie. Samen schetsen ze een beeld van een vak dat zoveel meer is dan alleen skiën: een levensles op twee latten.
Dax
Sanne
Alexander
Waarom de berg roept
Voor velen begint het met een vonk. Een jeugdliefde voor de sneeuw die uitgroeit tot een brandend verlangen om niet slechts één week per jaar, maar een heel seizoen in de bergen te zijn. Voor de twintigjarige Dax Pot werd die vonk aangewakkerd door de enthousiaste verhalen van vrienden. “Sport heeft altijd een grote rol in mijn leven gespeeld en skiën hoort daar vanaf het begin bij”, vertelt hij. “Dat ik nu zelf elke dag op de piste mag staan én anderen mag leren skiën, voelt echt als een droom. Het idee kwam vooral doordat veel vrienden van mij dit al doen in Oostenrijk. Zij haalden hun Anwärter (eerste skilerarenopleiding) via Snowlife en vertelden dat de opleiding misschien wel nóg leuker was dan hun seizoenen erna. Toen dacht ik: dit wil ik ook, ik ga niet achterblijven.”
Die droom van direct lesgeven, vol zelfvertrouwen en met een eigen groepje, botst soms met een onvoorspelbare realiteit. Vraag dat maar aan Alexander Rieff, die nu als assistent-manager bij SnowWorld en in de winter als skileraar in Oostenrijk een doorgewinterde veteraan is. “Ik kan mijn eerste dag nog heel goed herinneren,” lacht hij. “Net mijn Anwärter in de pocket, klaar voor m'n eerste les. De groepjes werden verdeeld en ik hoorde ieders naam voorbijkomen, behalve die van mezelf.” De reden werd al snel duidelijk toen het pak van de ‘Crazy Tiger’, de skischoolmascotte, tevoorschijn kwam. “Mijn eerste twee dagen als skileraar heb ik doorgebracht als mascotte. Op dag drie kreeg ik eindelijk mijn eigen groepje en sindsdien is het eigenlijk alleen maar bergopwaarts gegaan.”
Het is die onvoorspelbaarheid, gecombineerd met een uniek gevoel van vrijheid, die het seizoensleven voor velen zo verslavend maakt. Sanne Qualm, die al meerdere seizoenen in de sneeuw heeft doorgebracht, weet precies wat haar elk jaar weer terugtrekt. “Vooral de combinatie trekt me aan,” legt ze uit. “Het leukste vind ik de mensen: je leeft een heel seizoen lang samen, in hetzelfde ritme en met dezelfde passie. Daarbij geeft het een enorme vrijheid. Het enige waar je je echt druk om maakt, is dat je gasten veilig de berg afkomen. En natuurlijk is het geweldig dat je vijf maanden lang elke dag kunt skiën en in de frisse berglucht staat.”
Tussen piste en party
Eenmaal op de berg ontvouwt zich een leven dat bestaat uit scherpe contrasten. Van de serene stilte tijdens de eerste lift omhoog tot de oorverdovende muziek in de après-ski. Van de methodische lesopbouw tot de pure chaos van een groepje kleuters. Het is een wereld waarin geen dag hetzelfde is. “Tijdens de skiles gebeuren de gekste dingen”, vertelt Sanne. “Soms zeggen kinderen iets waar je even geen antwoord op weet. Zo zei een kindje eens heel serieus: ‘Juf… ik heb in mijn broek gepoept.’ Plasongelukjes gebeuren vaker, maar dit overviel me toch echt even!”
De kunst van het lesgeven schuilt vaak in het onverwachte. Het gaat niet alleen om techniek, maar ook om creativiteit en communicatie, soms zelfs zonder woorden. Alexander herinnert zich een Pools jongetje genaamd Jan uit zijn eerste seizoen. “Nou begon mijn Duits eindelijk op niveau te komen, maar helaas was Pools nog niet mijn sterkste taal,” vertelt hij. “Op elke vraag die ik spelenderwijs stelde, schreeuwde Jan heel duidelijk ‘JAAA!’. Dat was het enige woord dat in alle talen hetzelfde is en zo begrepen we elkaar soort van.”
Voor Dax is die communicatie wat hij het spannendst vindt aan zijn aankomende eerste seizoen. “Mijn Duits, dat is wel een dingetje,” geeft hij toe. “Zeker bij volwassenen wil ik mezelf goed kunnen uitdrukken en duidelijke uitleg geven, dus daar ga ik echt hard aan werken.”
Naast het lesgeven is er de legendarische sociale cohesie van het seizoensleven. De verhalen over huisfeestjes en uitbundige avonden in de après-ski zijn talrijk, maar het zijn vaak de bijzondere momenten die de diepste indruk achterlaten. “Mijn meest memorabele moment buiten de piste is toch wel de coronaquarantaine,” zegt Sanne. “Met vijftien man veertien dagen lang in het skileraarshuis. De band die je dan met elkaar opbouwt is echt bijzonder.” Toch is het niet alleen maar feest en poedersneeuw. “Juist de rustige dagen zijn ook heerlijk: samen koken, een filmpje kijken of spelletjes doen. Dat soort avonden zijn net zo waardevol om er af en toe tussen te hebben.”
De essentie van het vak
Wat blijft er over als de sneeuw smelt, de laatste gasten vertrokken zijn en het seizoen ten einde is? Voor de leraren zelf zijn het de herinneringen. Voor de leerlingen is het vaak veel meer. De impact die een goede skileraar kan hebben, wordt vaak onderschat. “Wat ik van tevoren niet wist, is hoe bijzonder het eigenlijk is dat je een week lang bijna op vakantie bent met de kinderen die je lesgeeft”, reflecteert Sanne. “Zeker voor kinderen ben je iemand die ze nooit meer vergeten. Drie jaar na mijn eerste seizoen kwam ik een jongetje tegen dat ik les had gegeven en hij vertelde dat de foto van ons nog steeds op hun koelkast hing. Dat besef je niet meteen.”
Het is precies die ambitie die Dax drijft. Op de vraag wat voor leraar hij hoopt te worden, antwoordt hij: “Het lijkt me fantastisch om later door kinderen herinnerd te worden als die gekke, enthousiaste skileraar die hun eerste meters in de sneeuw onvergetelijk maakte.”
Na duizenden leerlingen en jaren op de berg, kristalliseert de essentie van het vak zich uit tot een paar universele waarheden. De belangrijkste tip van Alexander is er een van Duitse degelijkheid: “Üben, üben, üben. Mensen geven te snel op.” Hij ziet een zorgwekkende trend. “Zowel wintersportend Nederland als leraren hebben al snel de arrogantie om te denken dat we genoeg geleerd hebben. Ik vind het zo jammer dat gasten stoppen met lessen als je net parallel kan skiën. Het echte leuke wintersporten begint pas hierna. Skiles is meer dan vliegtuigen maken en een pizzapunt. Denk bijvoorbeeld eens aan een freeride gids of buckeltraining.”
Uiteindelijk is het die ene, pure beloning die ervoor zorgt dat een veteraan als Alexander na al die jaren nog steeds elke ochtend met een glimlach de eerste lift omhoog pakt. Het is de reden waarom Sanne elk jaar terugkeert en waarom Dax niet kan wachten om te beginnen. “De glimlach op het gezicht van een gast die iets lukt. De blijdschap die je iemand kan meegeven is zo mooi,” besluit Alexander. “Soms heb je iemand in de les die onwijs moeite heeft. Het is zo leuk om dan samen hieraan te werken en dan te zien dat dit lukt. Het maakt niet uit of het de eerste pizzapunt is na vier keer proberen, het verbeteren van de snelste tijd in de slalom of het lukken van een trucje in het funpark. Zo’n moment van ontlading doet wat uitstralen en dat is geweldig.” En in die glimlach komt de witte droom, voor zowel leerling als leraar, tot leven.
Zowel Alex als Sanne deden hun opleiding tot skileraar via opleider Snowlife. En ook Dax volgt daar dit seizoen zijn opleiding. Lijkt het je zelf ook wat om skiles te geven? Check dan even Snowlife.nl.
Snowplaza Magazine 2025/2026
Dit interview is gehouden voor het Snowplaza Magazine 2025/2026. Meer lezen uit het magazine? Blader dan eens door de online versie!